Als erkende Montessorischool is ons uitgangspunt dat we leerlingen willen begeleiden tot zelfstandigheid en een mooi diploma. Het leidende idee is ‘leer mij het zelf doen.’
Het gaat er in het Montessorionderwijs om dat leerlingen geleidelijk meer verantwoordelijkheid leren dragen voor hun eigen leerproces en gedrag. Leerlingen zijn samen verantwoordelijk voor hoe het gaat in de groep. Ze worden hierbij begeleid door hun mentor en hun docenten. Zes Montessorikarakteristieken spelen hierbij een belangrijke rol.
- Leren doe je samen
- Leren door denken, ervaren en doen
- Leren van feedback en van je fouten
- Leren door keuzes binnen kaders
- Leren door verbinding tussen de vaklessen en de buitenwereld te leggen
- Leren door de grote lijnen binnen en tussen de vakken te ontdekken
Leerproces
Om dit in de praktijk te bereiken laten we leerlingen ontdekken welk leergedrag bij hen past. En ook hoe ze ervoor kunnen zorgen dat samenwerking goed loopt. We bieden leerlingen activerend lesmateriaal aan waarmee ze zelfstandig samen kunnen werken. Hiervoor zetten we onder andere een digitale leeromgeving in. Docenten en mentoren spelen hierbij een belangrijke rol. Zij stimuleren en begeleiden de leerlingen, zodat ze goed uit de voeten kunnen met deze werkwijze. Zij volgen de leerling in zijn leerproces en sturen bij waar nodig. Zo willen we ervoor zorgen dat leerlingen zich snel thuis voelen bij ons op school. Op die manier ontstaat een positief leerklimaat in een sfeer van gelijkwaardigheid en respect. Deze aanpak gebruiken we vanaf de eerste tot en met de examenklas.
Herkansen
Leren van je fouten en zelfinzicht zijn belangrijke aspecten in het Montessorionderwijs. Het gaat erom dat leerlingen de lesstof beheersen. En dat ze begrijpen waarom het een keer niet lukt. Daarom geven we leerlingen de gelegenheid om toetsen te herkansen. In het begin van het eerste jaar krijgen leerlingen veel mogelijkheden om een toets over te maken. Later neemt het aantal herkansingen geleidelijk af. Ook besteden we veel aandacht aan het bespreken van een toets. Zo leren leerlingen waarom ze een toets niet goed hebben gemaakt en wat ze kunnen doen om zich te verbeteren.